Veel mensen zijn er zich (nog) niet van bewust maar stilte en rust in de publieke ruimte raken in de knel: verkeerslawaai, festivals, horeca, vliegverkeer, winkelcentra, machines, installaties, bouwweerkzaamheden, grasmaaiers, bladblazers enz. De optelsom daarvan beneemt niet alleen veel mensen woon- en leefgenot. Het is ook gewoon schadelijk voor onze gezondheid. En hoe! Keel-, neus – en oorartsen waarschuwen al jaren wanhopig: ‘Preventiecampagnes helpen niet het aantal mensen met gehoorschade zal in de toekomst enorm toenemen.’
In 2020 publiceerde de EU een lijving rapport waaruit oa bleek
- dat TWINTIG (!!) procent van de mensen in de EU langdurig worden blootgesteld aan ziekmakend lawaai. Dat zijn meer dan 100 miljoen mensen.
- dat die blootstelling ernstige negatieve effecten heeft op het hart- en bloedvatenstelsel, op de stofwisseling, op het leervermogen van kinderen en slaapstoornissen, geprikkeldheid en concentratieproblemen oplevert
- dat dat 48000 onnodige hartziekten per jaar tot gevolg heeft
- en 12000 vroegtijdige sterfgevallen
- en voor 22 miljoen mensen chronische stress betekent.
Na luchtvervuiling is geluidsvervuiling daarmee in een klap de tweede doodsoorzaak als gevolg van milieuproblemen. Men is zich hier niet van bewust. Gezien de toename van de trek naar steden en van de mobiliteit zal dit alleen nog maar toenemen.
Een ding staat vast: als we rust en stilte niet actief en bewust beschermen zullen rustgebieden, rustmomenten en rustplekken verdwijnen. Met alle gevolgen van dien!
Mensen voelen zich in het algemeen nog comfortbabel tot een geluidsniveau van ongeveer 45 decibel, daarna wordt het al snel onaangenaam, storend, hinderlijk. In bovenstaande grafiek is te zien wanneer geluid de ongezond en ziekmakend wordt.
In de Nederlandse wetgeving wordt ‘stilte’ nogal vaag omschreven als ‘de afwezigheid van storende geluiden.’ Dat geeft allerlei partijen de gelegenheid om, al naar gelang hun eigen particuliere belangen, hun eigen norm voor geluidsvervuiling te bepalen. Meestal trekken het doorsnee publiek, kinderen en jeugd dan aan het kortste eind.